Inschalen, ook op gedrag!

Zoals jullie misschien wel van mij weten, laat ik mijn leerlingen zichzelf vaak inschalen tijdens mijn lessen. Ze hebben ervaren hoe goed ze iets kunnen, waar ze nu staan en bepalen aan de hand daarvan wat ze nodig hebben. Hiermee creëer ik inzicht in hun eigen kunnen en ontwikkelen ze o.a. eigenaarschap. Dit wilde ik ook graag op het gebied van gedrag/werkhouding/organisatie. 

Sommige leerlingen kunnen heel goed reflecteren op zichzelf, maar lang niet iedereen kan dit. Jezelf wel/niet herkennen in een bepaalde situatie, is dan vele malen makkelijker. Om mijn leerlingen inzicht te geven in hun eigen gedrag/werkhouding/organisatie gaf ik hen dit blad met bij iedere categorie een aantal stellingen. Stellingen als:

  • 1. ‘Ik vind het moeilijk om te stoppen met iets (wanneer iemand dit vraagt) De leerkracht moet me hier vaak op aanspreken.’
  • 2. ‘Als iemand zijn grens aangeeft, ga ik soms door’
  • 3. ‘Als iemand zijn grens aangeeft stop ik direct.’
Zo moesten ze aankruisen welke van de 3 stellingen het best bij hen past. Het kan natuurlijk zo zijn dat geen van de 3 stellingen bij de leerling past. Ik koos ervoor om ze wel een stelling te laten kiezen en ze er dan iets bij te laten schrijven wat wel bij hen past. Na het kiezen van de stellingen, gingen ze met hun maatje in gesprek over wat ze hebben ingevuld en waarom. Naar aanleiding hiervan stellen de leerlingen 2 doelen op. Ik liep een rondje door de klas en ging hier en daar met leerlingen in gesprek. Zo kwamen alle leerlingen tot 2 mooie doelen, waar ze de komende periode mee aan de slag gaan. 

Dit is weer een stapje richting eigenaarschap –> verantwoordelijkheid nemen over je eigen gedrag/werkhouding/organisatie. Door de leerlingen te laten kiezen wie hen helpt hierbij (klasgenoot) voorkom ik dat de leerling alleen mij (of mijn duo) nodig heeft om zijn/haar doel te bereiken. Ik kan als leerkracht natuurlijk altijd de leerling bij zijn/haar doel helpen, maar vaak is het net even anders wanneer ‘de aangewezen klasgenoot’ hem/haar hierop wijst.

Om te voorkomen dat dit ‘zomaar een werkblad’ wordt, heb ik ervoor gekozen om elke dag even terug te blikken op de persoonlijke leerdoelen. Dit in de vorm van ‘weekkaartjes’. Deze weekkaartjes hebben dezelfde kleuren als de categorieën op het leerdoelenblad. Ik geef iedere leerling, elke maandag een nieuw weekkaartje. Deze plakken we op de punt van de tafel. De laatste 5 minuten van de dag wordt dit kaartje ingevuld, zo blikken we even terug met vragen als: ‘Heb je vandaag aan jouw leerdoel kunnen werken’ ‘Hoe ging het deze dag?’ ‘Welk cijfer geef jij jezelf hiervoor?’ Op deze manier wil ik hier elke dag kort aandacht aan besteden. Op basis van de leerdoelen en het reflecteren, kan ik weer mooie gesprekken aanknopen met mijn leerlingen. Zo kan ik ze wijzen op de gemaakte afspraken en kan ik aansturen op dat wat wel of niet werkt. Dit kunnen we bij de rapportgesprekken ook weer mooi gebruiken. (De leerlingen kunnen dan zelf hierbij vertellen)

Mijn ervaring is dat de leerlingen hiermee weer een stap maken binnen hun sociaal/emotionele ontwikkeling. Het inzicht dat ze krijgen kan weer een positief effect hebben op de groep. Ook helpt het dat iedereen leerdoelen heeft, en niet alleen bepaalde leerlingen die dit in onze ogen ‘nodig’ zouden hebben. Ik geef als leerkracht hierin het goede voorbeeld, ook ik heb namelijk leerdoelen. Zo wil ik in de klas minder impulsief zijn, ik weet namelijk dat mijn leerlingen het vervelend vinden als ik bijvoorbeeld plotseling alles omgooi. Mijn actieplan, met leerdoelen heb ik met hen besproken en de klas helpt me hierbij. Ik vind het prachtig.

Wil jij ook gebruik maken van het leerdoelenblad en de weekkaarten? Klik dan hier!


Deel dit bericht op jouw socials via de onderstaande knoppen.

Facebook
Twitter
LinkedIn

Preventief inzetten op ongewenst gedrag

Op het SBO zitten kinderen met leer- en gedragsproblemen. In mijn vorige blog heb ik kort e.e.a. verteld over het leren. In deze blog wil ik jullie graag meenemen in hoe wij op de PHS preventief inspelen op ongewenst gedrag en goed gedrag borgen.

Wij hanteren een time-in en time-out protocol. Elke klas heeft een time-in plek. Dit is een prikkelarme plek in je eigen klas waar de leerling mag plaatsnemen wanneer hij even tot zichzelf moet komen. De leerling kan bijv. verdrietig of boos zijn waardoor het leren hem momenteel niet lukt. De leerling kiest zelf voor een time-in. Sommigen vinden dit moeilijk, dus als je als leerkracht signaleert dat het niet zo lekker gaat met een leerling mag je ook een time-in voorstellen. Ik leg het niet op. Ik vertel wat ik zie en leg de keuze voor een time-in voor. Op de time-in plek ligt materiaal waar de leerling gebruik van mag maken als dat helpt om tot zichzelf te komen.

De time-out plek is een plek in een andere klas. Wanneer een leerling van mij ongewenst gedrag vertoont krijgt hij een waarschuwing en de kans om zijn gedrag te veranderen. Continueert het ongewenste gedrag, dan moet de leerling met een timer (en werk) plaatsnemen in onze vaste time-out klas. Belangrijk: wanneer ik een time-out geef benoem ik duidelijk wat ik van de leerling verwachtte en wat zijn handeling was. Dit doe ik zodat het voor de leerling duidelijk is waarom hij de consequentie krijgt. Later op de dag, afhankelijk van het gedrag en de leerling, houd ik een kindgesprek. Dit werkt bij mij goed in het toewerken naar en behouden van een goede relatie. Belangrijk: Wij hanteren stap 1 (10 min), stap 2 (20 min) en stap 3 (1 uur) bij het time-out protocol. De time-out registraties houden wij digitaal bij met het programma SWISS. SWISS wordt maandelijks geëvalueerd door een groep collega’s en opvallendheden worden te voet gevolgd.

De PHS is een PBS* school. PBS is een manier van werken die wij schoolbreed hanteren. PBS werkt vanuit 3 kernwaardes: respect, veiligheid, verantwoordelijkheid. Hoe geeft dit zich o.a. vorm bij ons op de PHS? Elke klas stelt een klassenbeloning. Bijv: wanneer wij 300 bandjes hebben verdiend mogen wij extra buiten spelen. De leerlingen zijn samen verantwoordelijk voor het behalen van het doel. Je kan een bandje verdienen door gewenst en verantwoordelijk gedrag te laten zien, naar de leerkrachten maar ook naar elkaar. De bandjes kunnen de leerlingen krijgen van elke leerkracht. PBS omvat veel meer dan bandjes. Door de hele school hangen gedragsverwachtingskaartjes a.d.h.v. de 3 kernwaardes. Wij geven gedragslessen. Daarnaast hebben wij jaarlijks voor ouders een PBS-informatieavond waarbij ouders kunnen ervaren wat PBS is.

In de klas zetten wij wekelijks DVS* lessen in. DVS is een methode om de sociale competentie en burgerschap met leerlingen te trainen. De leerlingen gaan met elkaar in gesprek, er worden rollenspelen gespeeld en veel meer! De leerlingen leren o.a. nadenken over bep. situaties /onderwerpen. Er wordt van ze gevraagd hoe ze zouden handelen in een bep. situatie. Bijv. iemand wordt gepest; wat doe jij? Je geeft leerlingen handvatten zodat zij deze in de praktijk kunnen inzetten.

Doordat wij schoolbreed het bovenstaande op de juiste wijze inzetten lukt het ons om voorspelbaar te zijn in de gedragsverwachtingen van onze leerlingen, om leerlingen aan te spreken en toe te zetten tot denken, en om de rust te bewaren in de school.

Niet alleen wij maar ook de leerlingen denken mee! Onze leerlingenraad heeft een belangrijke stem! Zo vonden zij stap 3 van het time-out protocol te lang. Stap 3 was namelijk 3 uur. De leerlingenraad heeft met goede argumenten voorgesteld deze te veranderen naar 1 uur. Met de inbreng van de leerlingenraad gaan wij aan de slag want ook leerkrachten hebben feedback nodig en kunnen altijd wat leren.

Heb je vragen? Laat dan een reactie achter! Ik ga graag met je in gesprek!

Rajshrie (IG: Jufinhetsbo_)

PBS= Positive Behavior Support

DVS= De Vreedzame School