Betrokkenheid bij saaie onderdelen

Hoe houd ik mijn leerlingen betrokken bij ‘saaie’ onderdelen zoals begrijpend lezen, technisch lezen of taalverzorging?

Lachwekkende teksten, shockerende plaatjes, teksten die vragen opleveren en prikkelen zorgen er vaak voor dat mijn leerlingen betrokken zijn bij de les. Ik maak regelmatig gebruik van aparte teksten, die vanaf het begin al vragen opleveren. Van die nieuwsgierigheid moet je het hebben! Ik pas de tekst vaak aan, omdat ik er een bepaald leerdoel in wil verwerken (aanhalingstekens bijvoorbeeld) Ik maak rondom deze tekst mijn eigen les met opdrachten. Zo pakte ik voor een lesje taalverzorging twee weken geleden een artikel van de kidsweek over een vrouw die nagels had van 576 cm lang. Het plaatje alleen al trok de aandacht. Ik paste de tekst aan en schreef ‘m zo, dat alles waar ik aandacht aan wilde besteden aan bod kwam.

Hoe was mijn les opgebouwd?

Ik begon deze les met de foto van deze vrouw die je hierboven ziet met de bijzonder lange nagels. Ik stelde de vraag: ‘Wat gaat er nu door je hoofd heen? Waar denk je aan als je dit ziet?’ Met hilarische antwoorden zoals: ‘Ik vraag me af hoe ze haar billen afveegt’ en ‘Zou ze geen pijn hebben aan haar vingers?’ begonnen we deze les met nieuwsgierigheid en een leuk gesprek.

Vervolgens kreeg iedereen het korte artikel te lezen. Nadat iedereen het voor zichzelf gelezen had, lazen we het nogmaals samen. Hadden we al antwoord op onze vragen? Wat weten we nu, wat we eerder nog niet wisten? Wat viel je op? Wat voor soort tekst is dit?

Na het lezen van de tekst kregen ze een x aantal opdrachten. Een voorbeeld hiervan:

  • Kleur de zin die in directe rede staat blauw.
  • Kleur alle telwoorden in de tekst rood.
  • Schrijf 5 werkwoorden op die in enkelvoud – tegenwoordige tijd staan.
  • Schrijf een zin op uit de tekst en ontleed deze, (PV – GEZ- O – LV), controleer met je buurman.
  • Enzovoort…

Aan het eind vroeg ik ze een extra alinea te schrijven. Een alinea die ertussen mocht of aan het eind erbij kon. Ze mochten het zo gek bedenken als ze zelf wilden. De alinea moest wel aan bepaalde criteria voldoen:

  1. De alinea bevat minstens 10 zinnen.
  2. De alinea bevat hoofdletters, punten, vraagtekens, uitroeptekens, komma’s en aanhalingstekens waar nodig.
  3. De alinea bevat duidelijke zinnen, met een goede zinsopbouw.
  4. De alinea bevat correct gespelde woorden.
  5. De alinea is in lijn met het artikel, het past erbij.

Nadat deze alinea’s geschreven waren, mocht een ieder die dit wilde zijn/haar geschreven stukje voorlezen. Met hilarische en mooie alinea’s als resultaat! (Zie video)

We sloten de les af met een filmpje van deze vrouw, want we wilden natuurlijk allemaal dolgraag weten hoe ze dit nou eigenlijk allemaal deed.

Deze les genereerde 100% betrokkenheid bij mijn leerlingen, ze waren ontzettend gedreven. Dit is een klein en simpel voorbeeldje van een korte les die ik deed bij taalverzorging. Teksten zijn vaak lang en niet boeiend, maak er iets verrassends van en kijk wat het doet! Regelmatig ga ik even ‘out-of-the-box’ door een gekke tekst op te zoeken waar ik vragen bij stel of maak, moppen die we uitpluizen, gekke nieuwsberichten die we voorlezen als nieuwslezers… Dat maakt dat ze nieuwsgierig worden en ze geprikkeld raken.Juist bij dit soort vakken, heb je dat af en toe nodig.

Aan het eind van het jaar is de motivatie soms ver te zoeken en wellicht is dit ook iets voor jou.

Werkwoordspelling werkvormen en materialen

Als bovenbouwleerkracht zoek ik allerlei manieren om werkwoordspelling te oefenen met mijn leerlingen. Ik zet regelmatig actieve werkvormen in om mijn leerlingen optimaal te betrekken en tot leren aan te zetten. Vaak zocht ik op internet even snel wat werkwoordkaartjes en werkwoordspelling bladen om hier een invulling aan te geven. Toch miste ik vaak juist de werkwoorden waar mijn leerlingen moeite mee hadden,  stuitte ik op kaartjes zonder antwoorden terwijl ik echt graag wil dat mijn leerlingen direct nakijken om fouten in te zien of vond ik de werkbladen te makkelijk. Ik wilde gewoon een document waar ik iedere keer weer naar terug kan grijpen en waar ik verschillende dingen mee kan doen, een document dat ik standaard kan gebruiken als het om vervoegen gaat in welke vorm dan ook.

Zodoende maakte ik een documentje met 31 werkwoordkaartjes in klein en groot formaat, mèt alle vervoegingen hiervan in 1 antwoordenblad en vervoegbladen. Ik kan nu op ieder moment een werkwoordspelling werkvorm uit mijn mouw schudden. Met het antwoordblad kunnen mijn leerlingen direct nakijken waardoor het echt effectief is. Speciaal voor jullie zette ik in dit document ook mijn 8 favoriete werkvormen met deze kaartjes op een rijtje. Ook jij kunt dus met weinig voorbereiding de meest effectieve werkvormen in een handomdraai neerzetten. Handig toch?

Wil jij dit handige document graag hebben? Shop ‘m dan nu hier voor maar 6,00 in de webshop! (Tip: declareren!)

Speed-Up!

Speed-up inzetten

Speed-up is een spelvorm in SLSO. Je hebt hiervoor 1 device per 2 leerlingen nodig. In Speed-Up kun je zelf vragen zetten met een A-B-C-D antwoord. Dit spel kan met twee tot 4 spelers gedaan worden, maar omdat de leerlingen op hetzelfde scherm moet klikken worden 2 spelers aangeraden. 

In het filmpje zie je hoe ik dit inzet als afsluiting van een taalles. Ik heb het te benoemen zinsdeel in hoofdletters geschreven zodat duidelijk is om welk stukje van de zin het gaat.

Speed-up kun je gemakkelijk inzetten bij spelling, taal of rekenen. Voorbeelden daarvan:

  • Spelling  Zoek de fout. Welk woord is fout gespeld? Werkwoordspelling. Bij welke categorie hoort dit woord?
  • Rekenen  keersommen, minsommen, plussommen, deelsommen.
  • Taal  Woordsoorten benoemen, zinsdelen benoemen, woordenschat, spreekwoorden.

Mijn leerlingen zijn elke keer weer enthousiast. Probeer het eens uit!

Heb jij al een gratis SLSO account? Nee? Klik dan hier.

Ben jij benieuwd wat je nog meer kunt doen met SLSO? Schrijf je dan in voor de online inspiratiesessie op 26 mei van 15:00 tot 16:00. Klik hier.

Het dictee effectief benutten

Het effectief benutten van het dictee

Een dictee is een meetmoment. Een waardevol moment voor de leerkracht maar ook voor de leerling.

Hoe kun je jouw leerlingen hierin meer zelfinzicht geven maar zelf nog de regie houden?

Ik gebruik daar ‘Responsive’ uit Smart Learning Suite voor. Responsive is een element uit SLSO waar je zowel multiple choice vragen als open vragen in kunt verwerken.

Ik zet dit vaak in aan het begin van mijn les, als assessment. (Wat kan je al, wat nog niet en waar ga je deze les aan werken?) Zo komen mijn leerlingen er zelf achter waar zijn staan binnen een leerdoel. Maar dit kan ook prima als afsluiter gebruikt worden, zodat je weet hoe je je volgende les kunt inrichten.

Wat ik doe:

Ik zet van te voren 10 a 15 woorden in Responsive. Ik nummer de woorden en typ het goede antwoord in.

Tijdens het dictee lees ik zoals gewoonlijk de zinnen met woorden voor. Mijn leerlingen tikken het antwoord in, in SLSO.

Aan het eind stop ik de activiteit en geef ik iedereen een invulblad. Iedereen kan nu op zijn eigen scherm de goede en foute antwoorden bekijken. Dit kruisen ze op het blad netjes aan. De woorden die ze fout hebben schrijven ze erachter met het goede antwoord erbij.

Onderaan het blad schrijven ze de conclusie. Wat weten ze nu na dit dictee? Wat gaat goed? Wat kan beter? Waar kan ik extra hulp/oefening op gebruiken? SLSO maakt automatisch een overzicht van de goede en foute antwoorden. Ik bekijk zo wat mijn leerlingen nodig hebben en kan hierop inspelen in mijn volgende les.

Op deze manier maak ik effectief gebruik van het dictee moment.

Heb jij al een gratis SLSO account? Nee? Klik dan hier.

Wil je gebruik maken van een van mijn gratis invulbladen voor zo’n zelfde dictee? Klik dan hier.

10 handige weetjes

10 dingen die jij wellicht nog niets wist over SMART Learning Suite Online.(Klik hier voor een gratis account)Wist je dat: 

  • SLSO nu ook GRATIS te gebruiken is? Voorheen kon je 45 dagen uitproberen en daarna kon je geen gebruik meer maken van SLSO. Nu kun je er gratis gebruik van blijven maken. Je kunt hierin 5 volledige lessen maken en bewaren. Het fijne aan een betaald account is dat je onbeperkt lessen kunt blijven maken, delen en bewaren! Klik op de link hierboven op een account aan te maken.
  • Je via de knop ‘Manipulatives’, verschillende formats kunt vinden om te gebruiken in je les? Zo kun je gebruik maken van muntsoorten en hiermee iedereen aan de slag laten gaan via zijn device maar er zijn bijvoorbeeld ook klokken beschikbaar waarin je de wijzers kunt laten tekenen of de digitale tijd kunt laten opschrijven. Er zijn op dit moment 15 formats te gebruiken, check them out! 
  •  Je via de knop ‘Graphic organizers’ verschillende tabellen, samenwerkings werkbladen en andere modellen kunt gebruiken? Van een woordweb en kleurentabel tot aan een venn diagram… Je kunt het niet alleen inzetten om jouw leerlingen tot samenwerken aan te zetten maar je kunt deze elementen ook gebruiken om nog meer input van je leerlingen te krijgen in je lessen. Gebruik bijvoorbeeld eens een ‘Tree Chart’ tijdens begrijpend lezen en laat jouw leerlingen de tekst zo onderverdelen. Zoals in het voorbeeld hieronder, bij een tekst over de koningsspelen. Dit kun je iedereen afzonderlijk via hun eigen device laten invullen, jij ziet in een overzicht precies wat iedere leerling invult, je kan hier feedback op geven en een goed voorbeeld eruit pikken om klassikaal te laten zien. Works for me! 
  • Je jouw PowerPoints of PDF’s gemaakt via Canva makkelijk kunt toevoegen aan jouw les? Zo kun je tussendoor interactie genereren door tussen je slides elementen toe te voegen zoals ‘Shout-it-out’ of ‘een Monsterquiz’. 
  • Je jouw lessen & games via SLSO kunt delen? Als jij een supertoffe quiz hebt gemaakt, kan jouw collega hier ook makkelijk gebruik van maken door de link met elkaar te delen. (En andersom natuurlijk)
  • Je SLSO makkelijk kunt inzetten in verschillende elementen van je les?Zo kun je de voorkennis activeren met een game of interactieve quiz, je kan de slides gebruiken bij je uitleg en daarbij leerlingen betrokken houden door hen input te laten geven via ‘Shout-it-out’. Je kunt de leerlingen de leerstof laten verwerken door het werkblad digitaal te maken en je kan ideaal toetsen/evalueren met de verschillende opties hiervoor in de software. 
  • Je ook video’s vanuit YouTube aan je lessen kunt toevoegen? Zo hoef je niet steeds te wisselen van scherm.
  • SLSO steeds nieuwe elementen blijft toevoegen aan de software? Zo is er als laatst een woordzoeker-maker aan het programma toegevoegd! Leuk om je spellingsles mee te beginnen 😀
  • Er steeds meer Nederlandse dingen op komen te staan? Doordat SLSO nu steeds bekender wordt in Nederland, voegen steeds meer mensen lessen en formats toe om te gebruiken in het Nederlands. Dus hoe meer leerkrachten ermee aan de slag gaan, hoe meer materiaal er te delen valt 😀
  • Ik binnenkort een GRATIS online inspiratiesessie mag verzorgen over SLSO? Hierin laat ik de meerwaarde van de software zien voor binnen jouw lesgeven en geef ik handige tips/tricks voor het gebruik ervan. Heb jij hier interesse in? Vul dan hieronder jouw naam en e-mailadres in. Bij genoeg animo stuur ik jou de datum en overige informatie!

De centrale eindtoets

Om de zenuwen ‘weg te knallen’ plak ik ieder jaar weer een ballon op de tafels van mijn leerlingen. Een gedichtje met een marker, gum, stressballetje en kauwgompje liggen er ook bij.

Nu hoor ik veel mensen zeggen: ‘Leggen we er zo niet te veel druk op?’ Ik probeer de druk juist af te nemen. Want die druk, die is er. Vanuit huis wordt er vaak enorm veel druk op het maken van de toetsen gelegd… Ook zijn de kinderen hier zelf erg mee bezig. Ik probeer met het onderstaande gedichtje (en gesprekken vooraf natuurlijk) ècht te laten merken dat zij voor mij niet een bepaalde score zijn. Ook probeer ik de toets zo op een leuke manier te beginnen, dan is het hele ‘serieuze’ er al vanaf. 

Mijn gedichtje aan hen: (Wil jij mijn gedichtje ook gebruiken? Dat mag, vermeld altijd wel even Teach&Cher)

Speciaal voor jou:
Een markeerstift, gebruik ‘m goed.
Dan weet je gelijk waar je lezen moet.
Een potlood met een scherpe punt. Een nieuwe gum die lekker gumt. Een stressbal, voor als je knijpen wil. En je even denkt: ‘Weet ik veel!?’ Kijk dan ook eventjes naar mij.
Herinner je dan wat ik zei: ‘Je bent er klaar voor, ik geloof in jou’ En wat zegt zo’n Cito nou? Niets over wie jij bent of wat je doet. Er bestaat dus geen fout of goed. Doe je best, meer dan dat kan je niet doen. Dan ben je voor mij al een kampioen!
Ik ben sowieso al trots als een pauw. Want ik zie veel meer dan een score in jou!
Heel veel succes,
Juf Cherelle

Game Show als afsluiting van je les

In eerdere filmpjes heb je het vast wel eens voorbij zien komen. Mijn favoriete software: Smart Learning Suite Online. 

In de bovenstaande video deel ik weer een mooi element van deze tool namelijk: ‘Game Show’ Het spel is opgebouwd uit een vraag en A-B-C-D antwoorden. De inhoud hiervan bepaal jij. 

Hoe heb ik dit ingezet?

Ik gebruik Game Show regelmatig aan het begin of eind van mijn les. De leerlingen gaan in tweetallen met 1 device aan de slag. Om de beurt krijgen de leerlingen een vraag, het spel houdt de punten bij. Het rad bepaalt hoeveel punten de vragen waard zijn. 

Wat vind ik hier zo fijn aan?

Ik vind het belangrijk dat al mijn leerlingen actief meedoen. Dit spel zorgt ervoor dat iedereen tegelijkertijd aan de slag is. Het verhoogt de betrokkenheid en het spel maakt het aantrekkelijk voor de leerlingen.

Inzetten aan het begin van de les:

Zoals je ziet in het filmpje haal ik de voorkennis op met een Game Show. Ik verwerk de lesstof hierin die vooraf gaat aan het leerdoel dat komen gaat in deze les. (Een stapje terug dus, voordat je de nieuwe lesstof aanbiedt) In dit geval waren dat de eerder aangeboden woordsoorten. Zo zorg ik ervoor dat iedereen actief en betrokken de voorkennis aan het ophalen is. Als hier vragen of moeilijkheden uit voort komen weet ik dat de lesstof die gepland staat nog even moet wachten en ik nog even aandacht moet besteden aan de lesstof waarvan ik dacht dat dit al beheerst was. Een mooie check dus 😉

Inzetten aan het eind van de les:

Als ik dit inzet aan het eind van de les laat ik de leerlingen turven hoeveel vragen ze in één keer goed hadden en benoemen welke vragen nog lastig waren. Zo kan ik de juiste keuze maken voor de volgende les. Je kan (nu nog niet) zien hoe de quiz gemaakt is door je leerlingen. Dat komt omdat de vragen net zo lang terug blijven bouncen tot dat het uiteindelijk goed is. 

Heb jij al een gratis account aangemaakt op Smart Learning Suite?

Zo nee: Klik dan hier. Zo ja, bespaar jezelf de moeite en gebruik deze kant-en-klare Game Show over woordsoorten door  hier te klikken (kan alleen als je al een account hebt)

Deel dit item op je socials met de onderstaande knoppen:

Facebook
Twitter
LinkedIn
Pinterest

Pop-its in je leesles

Pop-its! Dé rage van dit moment! In dit item kon je lezen hoe Juf Joyce dit super tof inzette voor de woordsoorten.

Naar aanleiding van dit toffe idee van Joyce, ben ik gaan nadenken over de onderdelen waar mijn leerlingen wel een extra stukje motivatie voor konden gebruiken. Dat bracht mij bij: LEZEN! Hier is niet elke leerling even enthousiast over helaas, dus ik bedacht een boost!

Hoe kon ik ál mijn leerlingen optimaal betrekken, in beweging zetten en aanzetten tot lezen? Het antwoord op deze vraag zat ‘m in het: ‘lezen & poppen!!’ Dit zijn 4 actieve werkvormen gespeeld in rondes, waarin mijn leerlingen aan de slag gingen met verschillende manieren van lezen. Daar gebruikte ik de pop-its bij! Na wat goede afspraken over het wel/niet gebruiken van de pop-its, konden we een uur lang aan de slag. Een uur bezig zijn met lezen, dat was nog niet eerder gelukt zonder het nodige zuchten en puffen. Het was een groot succes en zeker voor herhaling vatbaar. Lezen in het laatste uurtje van de middag is op deze manier ineens niet zo heel erg meer 🙂

Ik heb hard gewerkt aan deze ideeën en de daarbij behorende materialen. Het verhaal dat je hoort in de video is geschreven door mij, met de belevingswereld van de kinderen van de bovenbouw als uitgangspunt. Alle werkvormen en de daarbijbehorende materialen heb ik geüpload op mijn website en kun jij zo gebruiken! Daar hoef je niets voor te doen, (behalve het toevoegen aan je winkelwagen dan ;))

Benieuwd naar de materialen? Klik dan hier

 

 

 

Pop-it in je taalles gebruiken (de nieuwste rage)

Pop-its, wie kent ze nu niet? Het is de nieuwste rage en bijna de hele klas bezit zo’n ding. Inclusief Juf Joyce! Zij bedacht er een leuke activiteit mee op het gebied van taal. Deze deelt zij graag met jullie hier. (De materialen kun je hier gratis downloaden)
 
‘In mijn klas werk ik bij zinsontleding standaard met kleuren: rood = persoonsvorm, blauw = onderwerp, etc. Ik zag gelijk in de versie van de regenboog pop-it voor me, waarin ik deze kleuren goed in kon zetten. Zodoende maakte ik hier een spel van: Let’s pop it!’
 

Hoe werkt het?

Er zijn 72 kaartjes met zinnen waarin één woord of meerdere woorden zijn onderstreept en dikgedrukt zijn. De kinderen bedenken welk zinsdeel hierbij hoort en poppen de juiste kleur. Wie heeft als eerste het juiste antwoord gepopt? Kinderen die niet bekend zijn met de kleuren kunnen een hulpkaart gebruiken. Deze leggen ze boven hun pop-it neer, zodat ze kunnen kijken welke kleur bij welk zinsdeel hoort. Succes gegarandeerd! Ik zou zeggen, poppen maar!’ 


Wil jij de volledige video hierbij zien? Dat kan in VLOG 76 op mijn YouTube kanaal HIER.


– Joyce van Kasteren 


(Houd deze pagina en de pagina van Joyce goed in de gaten, ons creatieve brein staat niet stil :D)

Inschalen, ook op gedrag!

Zoals jullie misschien wel van mij weten, laat ik mijn leerlingen zichzelf vaak inschalen tijdens mijn lessen. Ze hebben ervaren hoe goed ze iets kunnen, waar ze nu staan en bepalen aan de hand daarvan wat ze nodig hebben. Hiermee creëer ik inzicht in hun eigen kunnen en ontwikkelen ze o.a. eigenaarschap. Dit wilde ik ook graag op het gebied van gedrag/werkhouding/organisatie. 

Sommige leerlingen kunnen heel goed reflecteren op zichzelf, maar lang niet iedereen kan dit. Jezelf wel/niet herkennen in een bepaalde situatie, is dan vele malen makkelijker. Om mijn leerlingen inzicht te geven in hun eigen gedrag/werkhouding/organisatie gaf ik hen dit blad met bij iedere categorie een aantal stellingen. Stellingen als:

  • 1. ‘Ik vind het moeilijk om te stoppen met iets (wanneer iemand dit vraagt) De leerkracht moet me hier vaak op aanspreken.’
  • 2. ‘Als iemand zijn grens aangeeft, ga ik soms door’
  • 3. ‘Als iemand zijn grens aangeeft stop ik direct.’
Zo moesten ze aankruisen welke van de 3 stellingen het best bij hen past. Het kan natuurlijk zo zijn dat geen van de 3 stellingen bij de leerling past. Ik koos ervoor om ze wel een stelling te laten kiezen en ze er dan iets bij te laten schrijven wat wel bij hen past. Na het kiezen van de stellingen, gingen ze met hun maatje in gesprek over wat ze hebben ingevuld en waarom. Naar aanleiding hiervan stellen de leerlingen 2 doelen op. Ik liep een rondje door de klas en ging hier en daar met leerlingen in gesprek. Zo kwamen alle leerlingen tot 2 mooie doelen, waar ze de komende periode mee aan de slag gaan. 

Dit is weer een stapje richting eigenaarschap –> verantwoordelijkheid nemen over je eigen gedrag/werkhouding/organisatie. Door de leerlingen te laten kiezen wie hen helpt hierbij (klasgenoot) voorkom ik dat de leerling alleen mij (of mijn duo) nodig heeft om zijn/haar doel te bereiken. Ik kan als leerkracht natuurlijk altijd de leerling bij zijn/haar doel helpen, maar vaak is het net even anders wanneer ‘de aangewezen klasgenoot’ hem/haar hierop wijst.

Om te voorkomen dat dit ‘zomaar een werkblad’ wordt, heb ik ervoor gekozen om elke dag even terug te blikken op de persoonlijke leerdoelen. Dit in de vorm van ‘weekkaartjes’. Deze weekkaartjes hebben dezelfde kleuren als de categorieën op het leerdoelenblad. Ik geef iedere leerling, elke maandag een nieuw weekkaartje. Deze plakken we op de punt van de tafel. De laatste 5 minuten van de dag wordt dit kaartje ingevuld, zo blikken we even terug met vragen als: ‘Heb je vandaag aan jouw leerdoel kunnen werken’ ‘Hoe ging het deze dag?’ ‘Welk cijfer geef jij jezelf hiervoor?’ Op deze manier wil ik hier elke dag kort aandacht aan besteden. Op basis van de leerdoelen en het reflecteren, kan ik weer mooie gesprekken aanknopen met mijn leerlingen. Zo kan ik ze wijzen op de gemaakte afspraken en kan ik aansturen op dat wat wel of niet werkt. Dit kunnen we bij de rapportgesprekken ook weer mooi gebruiken. (De leerlingen kunnen dan zelf hierbij vertellen)

Mijn ervaring is dat de leerlingen hiermee weer een stap maken binnen hun sociaal/emotionele ontwikkeling. Het inzicht dat ze krijgen kan weer een positief effect hebben op de groep. Ook helpt het dat iedereen leerdoelen heeft, en niet alleen bepaalde leerlingen die dit in onze ogen ‘nodig’ zouden hebben. Ik geef als leerkracht hierin het goede voorbeeld, ook ik heb namelijk leerdoelen. Zo wil ik in de klas minder impulsief zijn, ik weet namelijk dat mijn leerlingen het vervelend vinden als ik bijvoorbeeld plotseling alles omgooi. Mijn actieplan, met leerdoelen heb ik met hen besproken en de klas helpt me hierbij. Ik vind het prachtig.

Wil jij ook gebruik maken van het leerdoelenblad en de weekkaarten? Klik dan hier!


Deel dit bericht op jouw socials via de onderstaande knoppen.

Facebook
Twitter
LinkedIn